Financiële positie

Naast het weerstandsvermogen zijn er ook andere graadmeters voor de beoordeling van de financiële positie van de gemeente. Met ingang van 2016 dienen de gemeenten op basis van het Besluit Begroting en Verantwoording deze financiële kengetallen in de paragraaf weerstandsvermogen op te nemen.
Voor het financieel herstel hebben we de omvang van de Algemene Reserve in 2022, als ijkpunt genomen.
In hoofdstuk 3 hebben we toegelicht, dat we willen koersen op versterking van ons eigen vermogen. Ook willen we sturen op onze schuldpositie en onze schuldenlast beperkt houden. Daarom hebben we ijkpunten voorgesteld voor solvabiliteit en netto schuldquote gecorrigeerd.
Voor de overige kengetallen hanteren we de normering van de Provincie Gelderland. In de tabel hieronder hebben wij de normeringen verwerkt.

Financiële Kengetallen:

Rekening
 2015

Begroting
2016

Begroting
2017

Norm

a

Algemene reserve/ reserve tekort grondbedrijf  2022 (mln)

€ 27,9

€ 33,4

€ 39,4

> €20

goed

b

netto schuldquote

105,10%

116,24%

99,44%

< 100%

voldoende

c

netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen

94,95%

104,73%

89,92%

< 90%

goed

d

Solvabilteitsratio

5,15%

4,01%

4,28%

> 20%

onvol-doende

e

Structrurele exploitatieruimte

2,20%

-0,25%

0,50%

> 0,6%

matig

f

grondexploitatie

14,04%

12,05%

5,56%

n.v.t.

n.v.t.

g

belastingcapaciteit

98,18%

97,49%

96,13%

n.v.t.

n.v.t.

Tabel 4.3: financiële kengetallen

Toelichting.
a. Algemene reserve.
Met de zomernota 2012 hebben we ons financiële herstelplan gepresenteerd. Het herstel is erop gericht om in 2022 weer voldoende vet op de botten te hebben. Doelstelling was dat de algemene reserve in 2022 is gegroeid naar minimaal € 15 miljoen. Gelet op de taken, budgetten en risico's, die met de drie decentralisaties in het sociaal domein zijn overgekomen naar de gemeente hebben we de reserve sociaal domein gevormd, die we tevens als een algemene reserve/ buffer aanmerken. De risico's voor de Algemene Dienst inclusief sociaal domein zijn gecalculeerd op 20,6 miljoen. In de MPB is structureel een buffer geraamd van € 1 miljoen vanaf 2019. Dit betekent dat de Algemene Reserve inclusief reserve sociaal domein tenminste € 20 miljoen moet bevatten om de risico's op te kunnen vangen.

Grafiek 4.7

b. Netto schuldquote (verplicht)
De netto schuldquote geeft inzicht in het niveau van de schuldenlast. De schuldenlast is ten opzichte van vorige jaren afgenomen, maar nog steeds groter dan 100%.

c. Netto schuldquote gecorrigeerd (verplicht)
In de MPB 2016-2019 hadden we al aangegeven, dat deze netto schuldquote lager moet zijn dan 90% willen we spreken van een financieel gezonde situatie. De correctie betreft de doorgeleende gelden.Voor de schuldquote gecorrigeerd houden we de volgende normering aan:

Netto schuldquote

<90%

<100%

100%<>130%

>130%

Kwalificatie

Goed

voldoende

Matig

Onvoldoende

Een gezonde verhouding tussen gemeentelijk bezit betaald met schulden versus de jaarlijkse inkomsten is maximaal 90%. Stijgt deze verhouding boven de 100% richting de 130% dan moeten we ons echt zorgen gaan maken, en komt deze boven de 130% dan is verstandig om (direct) maatregelen te treffen door inkomsten te verhogen en/of schulden terug te brengen. We zien, dat de schuldquote de laatste jaren verbetert en inmiddels schommelt rond de 90%. We willen de komende jaren onze schuldquote tenminste op het huidige niveau handhaven.  

d. Solvabiliteitsratio
Als norm voor de solvabiliteit stellen we de volgende kwalificatie voor:

Solvabiliteit

≥  20%

15% <>20%

   10 %<>15%

   < 10%

Eigen vermogen

>160 mln

120 mln<>160 mln

 80 mln<> 120 mln

< 80 mln

Kwalificatie

Goed

voldoende

Matig

Onvoldoende

We streven ernaar om onze solvabiliteit terug te brengen op het niveau van 2008.
Komende jaren is onze solvabiliteit nog onvoldoende. Op basis van deze MPB bedraagt ons eigen vermogen € 26 miljoen in 2018 en neemt deze toe tot € 50 miljoen in 2020. Daarna groeit het eigen vermogen met ca € 6 miljoen per jaar. In dit groeitempo zal onze solvabiliteit verbeteren tot matig in 2025, voldoende in 2032 en tot goed in 2040.

e. Structurele exploitatieruimte
De structurele exploitatieruimte geeft aan welke structurele ruimte er is om extra eigen lasten te dragen. De structurele exploitatieruimte is beperkt.

f. Grondexploitatie
Dit kengetal geeft weer hoe de waarde van de grond zich verhoudt tot de totale (geraamde ) baten. Het kengetal is een aanduiding van het risico dat gemeenten lopen als gevolg van waardevermindering van nog niet in exploitatie genomen gronden en van bouwgrond in exploitatie.

g. Belastingcapaciteit.
De belastingcapaciteit geeft inzicht hoe de belastingdruk van onze gemeente zich verhoudt ten opzichte van het landelijke gemiddelde. Onze belastingdruk is lager dan het landelijke gemiddelde.